Zich uitdrukken
Wat is communicatie?
Communiceren is levensnoodzakelijk voor ons mensen. We uiten onze wensen, onze behoeften en gevoelens. Op die manier leggen we contact met de wereld. Wanneer we met iemand in gesprek zijn, geven we uiteraard een boodschap mee. Maar wat we vooral doen, is in relatie treden met de ander.
Communiceren is een dynamisch proces tussen twee partijen: een zender en een ontvanger:
- De zender moet een boodschap geven die aangepast is aan het begripsvermogen van de ontvanger.
- De ontvanger moet de uitgezonden boodschap begrijpen.
Je uiten kan je bovendien op verschillende manieren doen: met woorden, gebaren, mimiek, enz. Communicatie kan dus verbaal en niet-verbaal zijn.
Communicatie en autisme
Kinderen met autisme hebben het moeilijk met communicatie. Ze zien er niet altijd het nut van in. Wanneer ze zich uiten, is het vaak om iets te vragen of te weigeren. Sommige kinderen met autisme praten niet. Kinderen met autisme die ook een verstandelijke beperking vertonen, gebruiken vaak lichaamstaal (iemand bij de hand nemen, sprongetjes maken, enz.). Zulk gedrag zorgt vaak voor problemen en bemoeilijkt hun familiale en sociale integratie.
Is er wel taal aanwezig, dan wordt ze niet altijd gebruikt om echt te communiceren. Deze kinderen vertonen eigenaardigheden zoals echolalie (herhalen van woorden). Sommige kinderen verwisselen persoonlijke voornaamwoorden of gebruiken een eigen jargon. Meer lezen over communicatie en autisme: Sociale communicatie en sociale interactie. Het schema hieronder zet enkele kenmerkende problemen op een rij.
Problemen | Voorbeelden |
---|---|
Geen taal gebruiken, doorgaans bij een bijkomende ernstige verstandelijke beperking | Yvan geeft een trap tegen de deur wanneer hij in de tuin wil gaan spelen. |
Onmiddellijke of uitgestelde echolalie | Cédric zegt graag zinnetjes uit zijn favoriete tekenfilms na. Zo zegt hij bijvoorbeeld vaak: "Aangename kennismaking", een zinnetje uit Mary Poppins |
Idiosyncratisch taalgebruik | David geeft mensen namen van vruchten al naargelang hun haarsnit. 'Meloenen' zijn bijvoorbeeld mensen met blond haar en een middenscheiding. |
Vervangen van het persoonlijk voornaamwoord 'ik' door 'hij' of 'jij' of door de voornaam. | Wanneer Thomas naar muziek wil luisteren, zegt hij: "Thomas wil muziek". |
Taal slechts af en toe gebruiken | Niels praat meestal niet. Maar toen hij op een dag verplicht werd om soep te eten, zei hij: "Ik wil die vieze soep niet". |
Sommige voorvallen (stress) beïnvloeden de manier van communiceren. | Sarah, een verstandelijk begaafde jonge vrouw met autisme, praat zeer goed. Maar wanneer ze op een administratieve dienst te horen krijgt dat ze de juiste documenten niet bij heeft, slaat ze zichzelf. |
De communicatie is contextafhankelijk (problemen met generaliseren). | Simon praat enkel met zijn ouders en zijn logopediste. |
Bij mensen met autisme is ook de functie van ontvanger verstoord. Ze hebben moeite om taal te begrijpen, zowel gewone taal als complexe begrippen zoals metaforen. Dit aspect wordt nader toegelicht in het hoofdstuk Het dagelijks leven begrijpelijk maken.
Kinderen die problemen hebben met taal, zouden alternatieve manieren moeten aangereikt krijgen om zich te uiten. Er moet dus gezocht worden naar andere communicatiemiddelen die eenvoudiger en minder abstract zijn dan taal. Deze alternatieve communicatiemiddelen zullen het kind nooit verhinderen om te praten. Kijk maar in de kleuterklasjes naar alle visualisaties (takenbord met prenten, dagen van de week met symbolen …); die zijn er juist om de taal te stimuleren en niet om ze te verhinderen. Dit geldt eveneens voor kinderen met autisme. Vooral omdat we weten dat kinderen gedragsproblemen kunnen ontwikkelen indien ze niet over alternatieve uitdrukkingsmogelijkheden beschikken. Beeld je even in dat je je in een ver land bevindt en dat je noch de taal, noch de sociale regels begrijpt...