Groepswerk

Voor sommige vakken moet je een groepswerk maken. Dit houdt in dat je samen met andere studenten een taak of een opdracht maakt.

Tijdens een groepswerk leer je inhoudelijk iets bij over thema’s gerelateerd aan het vak, maar je leert ook samenwerken met collega’s, wat een goede voorbereiding is op een latere werkplek. Niet alleen het eindresultaat of de inhoud telt, maar ook de manier waarop je samen de opdracht aanpakt.

Samenwerken met andere mensen kan leerrijk en interessant zijn, maar tegelijkertijd niet zo evident. Medestudenten kunnen bijvoorbeeld verschillende opvattingen hebben over de opdracht. Dit kan heel leerrijk zijn, omdat je de taak vanuit verschillende perspectieven kan bekijken en nieuwe inzichten kan opdoen. Anderzijds kan dit ervoor zorgen dat je het niet eens geraakt over hoe je de taak zal aanpakken, wat erin moet staan, hoe het beschreven moet worden, etc. Je moet onderhandelen en tot een compromis komen.

Een voordeel van een groepswerk is dat je het werk kan verdelen over verschillende personen. Het kan anderzijds soms onduidelijk zijn wie welke taken op zich neemt of het zou kunnen dat het werk niet eerlijk verdeeld wordt over de verschillende studenten. Vaak is het zo dat één of enkele studenten meer doen dan anderen en dat het werk niet perfect verdeeld is qua tijd en inspanning. Het is de bedoeling om een verdeling na te streven waarbij iedereen zich zo goed mogelijk voelt. Het is niet de bedoeling dat één groepslid de opdracht alleen maakt.

De taakverdeling verloopt meestal een beetje vanzelf. Studenten voelen aan wie wat op zich kan en wil nemen en maken de eerste keer meestal een aantal algemene afspraken (een eerste voorlopige taakverdeling). Dit wordt niet altijd tot in detail afgesproken, maar wordt indien nodig wel verder afgesproken/bijgestuurd op een later moment. De meeste studenten vinden dit een comfortabele manier van werken. Zorg ervoor dat je voldoende vragen stelt zodat zelf goed weet wat jij alvast kan doen voor het groepswerk en bewaar vragen die nog kunnen wachten tot een volgend overlegmoment. Het is niet evident om aan te voelen wanneer een bepaald onderwerp afgerond is en wanneer je er niet meer op terugkomt. Als je niet begrijpt waarom de andere groepsleden bepaalde keuzes maken, kan je dit aangeven en hier een vraag over stellen. Blijven terugkomen op een afgesloten onderwerp of hier heel veel vragen over stellen, kan overkomen als ‘doordrammen’ en de groepssfeer naar omlaag trekken.

Samenwerken kan op verschillende manieren gebeuren. Je kan met de groep afspreken om het werk samen te doen, maar je kan ook het werk verdelen en elk individueel een deel van de taak uitwerken. Dit heet ‘working apart together’.

  • De groep verdeelt onderling de taken en maakt duidelijke afspraken (wie doet wat): lijst eerst samen de taken op en overloop dan wie welke taak op zich neemt.
  • Leg samen een nieuwe datum vast om terug samen te komen
  • Spreek onderling af wat er tegen de volgende afspraak moet gebeuren
  • Spreek met de groep meerdere keren af tijdens het maken van het groepswerk, zo kan je elkaars werk bekijken. Je bent met z’n allen verantwoordelijk voor de volledige opdracht.
  • Als het mogelijk is, spreek dan op een vaste tijd en plaats af.
  • De groep spreekt af hoe je elkaar tussendoor kan bereiken (vb. facebook, e-mail)
  • Via Dropbox (www.dropbox.com)(2GB) of Google Drive kan je gratis documenten delen met elkaar, dat kan handig zijn voor een groepswerk.
  • Je kan een agenda gebruiken om een overleg gestructureerd te laten verlopen. Vraag aan je groepsgenoten of ze het goed vinden dat je met een agenda werkt, als jij dat handiger vindt.
  • Als je het moeilijk vindt om steeds met een nieuw groepje samen te werken, vraag dan aan je docent/leerkracht of het mogelijk is dat je altijd bij een ‘vaste’ student in een groep mag zitten.
  • Je kan vragen om in een kleinere groep te mogen samenwerken, bijvoorbeeld met drie studenten.
  • Als er met de groep afspraken worden gemaakt, moet je opletten dat je de leiding niet teveel naar je toe trekt, bijvoorbeeld door over alles meteen tot in de kleinste details afspraken te willen maken. Zo’n houding wordt namelijk niet geapprecieerd door medestudenten, zeker als groepsgenoten je niet zo goed kennen.
  • Als je tegen je medestudenten zegt wat je goed kan (bv. literatuur opzoeken, lay out) en waar je niet zo goed in bent (bv. planning, sociaal contact) kunnen ze daar rekening mee houden. Ga er niet van uit dat je medestudenten weten wat jij goed kan of waar jij het moeilijk mee hebt. Geef ook aan wat je nodig hebt om goed te functioneren in een groepswerk, wat jou kan helpen (bv. duidelijke afspraken). Als je dit vertelt, kan het groepswerk een stuk vlotter verlopen.
  • Als je tijdens de les een groepje moet vormen en dat lukt niet, stuur dan een e-mail naar je medestudenten en vraag wie er nog plaats heeft in zijn groepje. Als dat niet lukt, stuur dan een e-mail naar je docent/leerkracht om aan te geven dat je nog geen groep hebt gevonden. Wacht hier niet te lang mee (best nog vóór iedereen gestart is met de opdracht).
  • Als je tijdens het groepswerk problemen ondervindt, kan je de docent aanspreken om je te helpen om duidelijke afspraken te maken met de groep.
  • Als een groepswerk jou heel veel stress of problemen bezorgt, kan je aan de studentenbegeleider vragen of het mogelijk is om een vervangende individuele opdracht te maken. Soms kan dat. Je contacteert de studentenbegeleidingsdienst via e-mail of telefoon en vraagt een afspraak.
  • Let erop dat jij niet alle opdrachten moet doen, maar dat het werk verdeeld wordt. Als het werk reeds evenredig verdeeld werd, durf dan neen zeggen tegen extra taken of als iemand zijn taak naar jou wil doorschuiven, zelfs al weet je dat jij die taak beter kan maken.
Doodle

Handige tool om een datum af te spreken

www.doodle.com

Tistje over groepswerk

Groepsmens vs ambachtsman (Tistje)

Belbin groepsrollentest

Ontdek welke rol het best bij jou past tijdens een groepswerk

Bij het maken van een groepswerk kreeg ik te horen van mijn medestudenten dat ze vonden dat ik teveel doordramde op bepaalde zaken en dat ze liever niet meer met mij wilden samenwerken. Ik signaleerde dit probleem aan de docent. Hij hielp ons om bepaalde afspraken te maken en het groepswerk is verder heel goed verlopen.

Ik kreeg telkens al het werk van de groepstaak naar mij toe geschoven. Met mijn Gon-begeleider zocht ik een oplossing. Als ik nu een groepswerk moet maken, lijsten we met de groep eerst alle taken op. Iedereen duidt dan vervolgens aan waar hij/zij goed in is en dan pas worden de taken verdeeld. Dit werkt goed.